Het pensioenfonds heeft op 29 juli een brief ontvangen van KLM. In deze brief zegt KLM de uitvoeringsovereenkomst tussen KLM en het pensioenfonds met ingang van 1 december 2016 op. Daarnaast geeft KLM aan met het pensioenfonds een nieuwe overeenkomst te willen sluiten.
De uitvoeringsovereenkomst is de overeenkomst waarin staat hoe het pensioenfonds het pensioenakkoord/-protocol dat KLM en de VNV als arbeidsvoorwaardelijke partijen sluiten, uitvoert. De overeenkomst regelt onder andere de premieafspraken en de overschotten- en tekortenregeling zoals overeengekomen in het arbeidsvoorwaardelijk overleg.
Wat ging hieraan vooraf?
In 2015 moest door de komst van nieuwe wetgeving (nieuw FTK) de bestaande uitvoeringsovereenkomst tussen KLM en het pensioenfonds worden aangepast. Deze wetgeving stelde hogere eisen aan de financiering van pensioenfondsen. Onder andere werd de grens waarbij volledige indexatie mogelijk is verhoogd. Om de overeenkomst te kunnen aanpassen moesten KLM en de VNV afspraken maken. Zo kwam in het voorjaar van 2015 een nieuw pensioenprotocol tot stand. Daarin is de bijstortregeling niet gewijzigd. In het pensioenprotocol uit het najaar van 2015 is daarnaast ook een nieuwe (minder dure) premiesystematiek afgesproken. Deze protocollen vormden de basis voor de nieuwe uitvoeringsovereenkomst. Begin 2016 gaf KLM aan deze nieuwe uitvoeringsovereenkomst alleen te willen tekenen onder voorbehoud dat de bijstortverplichting op het vlak van indexatie sterk beperkt zou worden. Deze bijstortverplichting om de jaarlijkse indexatie van pensioenen te garanderen bestaat sinds 2001. De overschottenregeling en de reguliere tekortenregeling wilde KLM intact laten. De VNV gaf vervolgens aan hier niet mee akkoord te gaan.
Omdat de financiering van de pensioenregeling - waaronder de bijstortverplichting - een arbeidsvoorwaardelijke afspraak is, was overleg nodig tussen KLM en de VNV. Dat overleg heeft tot nu toe niet tot wijziging geleid. KLM heeft in reactie daarop nu besloten de uitvoeringsovereenkomst op te zeggen. Dit is vooral ingegeven door het feit dat bij een ongewijzigde situatie KLM aan het eind van het jaar fors bij moet betalen om volledige indexatie mogelijk te maken bij de huidige lage dekkingsgraad. Voor meer informatie over de argumenten en standpunten van beide partijen verwijzen wij u naar de VNV en KLM.
Wat doet het pensioenfonds nu?
Omdat het pensioenfonds partij is bij de uitvoeringsovereenkomst, zal het bestuur een standpunt moeten innemen over de opzegging en de suggestie van KLM om - buiten de VNV om - een nieuwe overeenkomst te sluiten. Ook moet het bestuur beoordelen wat de eventuele gevolgen van opzegging zijn voor het fonds, de deelnemers en pensioengerechtigden.
Het bestuur is van mening dat de huidige uitvoeringsovereenkomst niet zonder meer - en zeker niet op zo'n korte termijn - kan worden opgezegd. Daarbij is KLM bij een eenzijdige opzegging waarschijnlijk schadeplichtig. Het bestuur blijft bij zijn standpunt dat afspraken over de financiering van de pensioenregeling gemaakt moeten worden door KLM en de VNV. Of er nu nieuwe afspraken worden gemaakt, hangt af van deze partijen. Het pensioenfonds kan niet zelfstandig (nieuwe) afspraken maken met KLM. Wel toetst het pensioenfonds of gemaakte afspraken uitvoerbaar en degelijk gefinancierd zijn en of de afspraken passen binnen de wettelijke kaders. Bijvoorbeeld of de belangen van alle belanghebbenden evenwichtig afgewogen zijn. Voorlopig voert het pensioenfonds de uitvoeringsovereenkomst uit zoals die nu is en zal het zich beraden op verdere stappen. Het bestuur zal de deelnemers, pensioengerechtigden en andere belanghebbenden bij het fonds in ieder geval via de website op de hoogte houden.