Er zijn veel vragen over de collectieve waardeoverdracht van het nabestaandenpensioen. Hier vindt u extra vragen en antwoorden om de eventuele onduidelijkheid hierover weg te nemen.
Q&A collectieve waardeoverdracht
Het tot 1 januari 2015 opgebouwde nabestaandenpensioen wordt omgezet in extra ouderdomspensioen (sinds 1 januari 2015 is het nabestaandenpensioen altijd op risicobasis verzekerd). Het bedrag dat u aan nabestaandenpensioen had opgebouwd wordt na de omzetting op risicobasis verzekerd. De risicoverzekering loopt tot aan uw pensioendatum. Op uw pensioendatum kunt u ervoor kiezen een deel van uw ouderdomspensioen weer om te zetten in nabestaandenpensioen. Als de uitruilfactoren op dat moment hetzelfde zijn als nu het geval is bij de omzetting, is het nabestaandenpensioen weer het oorspronkelijk opgebouwde bedrag. Zie ook het rekenvoorbeeld onderaan de pagina. Als u dan kiest voor omzetting naar een nabestaandenpensioen en u na pensionering komt te overlijden, ontvangt uw partner een pensioenuitkering van het pensioenfonds. De omzetting heeft geen betrekking op het wezenpensioen.
Samengevat:
- Met de omzetting wordt uw ouderdomspensioen hoger.
- Er wordt een nabestaandenpensioen op risicobasis verzekerd. Dit bedrag is even hoog als het bedrag aan nabestaandenpensioen dat wordt omgezet.
- Op uw pensioendatum kunt u ervoor kiezen een deel van het ouderdomspensioen om te zetten in nabestaandenpensioen. De uitruilfactoren die daar te zijner tijd voor worden gebruikt kunnen anders zijn bij de aankomende omzetting.
- De omzetting heeft geen gevolgen voor het wezenpensioen.
2. Waarom vindt deze omzetting plaats?
Door deze omzetting hebt u meer grip op de verdeling van uw pensioen tussen u en uw (ex-)partner. En sluit daarom meer aan bij de huidige tijdgeest. De omzetting heeft geen effect op de totale waarde van uw pensioen. Als de uitruilfactoren gelijk blijven, kunt u op de pensioendatum bij terugruil dezelfde pensioenuitkomsten verwachten.
- Tegenwoordig werken veel partners en bouwen zij een eigen pensioen op. Hierdoor is het minder noodzakelijk om te zorgen voor een opgebouwd nabestaandenpensioen.
- Veel mensen maken een scheiding mee. Bij een scheiding heeft de ex-partner recht op een deel van het opgebouwde ouderdomspensioen en het volledige nabestaandenpensioen dat is opgebouwd tot op het moment van scheiden. Hierdoor kan het gebeuren dat de ex-partner dan zelfs meer dan 50% van de totale waarde van het opgebouwde pensioen krijgt toebedeeld. Om dat te voorkomen vindt de omzetting plaats. Immers, er is dan geen sprake meer van een opgebouwd nabestaandenpensioen waar een ex-partner automatisch aanspraak op heeft. Er is wel een hoger ouderdomspensioen. Dit wordt bij scheiding alsnog verdeeld, maar de verdeling is uiteindelijk evenwichtiger.
- Na omzetting is het volledige nabestaandenpensioen bestemd voor uw huidige of toekomstige partner, mocht u komen te overlijden.
- Er ontstaat extra fiscale ruimte om ouderdomspensioen op te bouwen, omdat er geen opgebouwd nabestaandenpensioen aan is gekoppeld.
- Het pensioenfonds wil de oude aanspraken zoveel mogelijk laten aansluiten bij nieuwe aanspraken. Vanaf 1 januari 2015 bouwt u al geen nabestaandenpensioen meer op en is het nabestaandenpensioen op risicobasis verzekerd.
3. Heeft de collectieve omzetting van het nabestaandenpensioen invloed als ik al met pensioen ben?
Nee, dit heeft geen invloed op uw pensioenuitkering als u al met pensioen bent. De keuzes die u op uw pensioendatum hebt gemaakt over het ouderdoms- en nabestaandenpensioen veranderen niet. Bent u met deeltijdpensioen? Dan verandert het bij uw deeltijdpensioen behorende nabestaandenpensioen niet. Het overige opgebouwde nabestaandenpensioen wordt wel omgezet in extra ouderdomspensioen en vervolgens op risicobasis verzekerd.
4. Wat is het nabestaandenpensioen?
Het nabestaandenpensioen is de levenslange uitkering die de partner krijgt op het moment dat u als deelnemer van het pensioenfonds komt te overlijden.
5. Wat is een opgebouwd nabestaandenpensioen en wat is een nabestaandenpensioen op risicobasis?
- Bij een opgebouwd nabestaandenpensioen bouwt u daadwerkelijk een potje met geld op. Als u overlijdt krijgt uw partner dat nabestaandenpensioen. Dat is ook het geval als u inmiddels niet meer in dienst bent en dus ook niet meer deelneemt in het pensioenfonds. Als u uit dienst gaat en u gaat naar een ander pensioenfonds, dan kunt u dat potje meenemen via waardeoverdracht. Doet u geen waardeoverdracht, dan blijft het nabestaandenpensioen bij het pensioenfonds tot u overlijdt. Bij uw overlijden wordt het alsnog aan uw partner uitgekeerd. Bij een opgebouwd nabestaandenpensioen is er dus altijd een nabestaandenpensioen voor uw partner als u overlijdt.
- Bij een nabestaandenpensioen op risicobasis bouwt u geen potje op. Er wordt verzekerd op risicobasis, dus 'slechts’ het risico dat u overlijdt wordt verzekerd. Dat betekent dat als u overlijdt terwijl u nog in dienst bent, uw partner nabestaandenpensioen krijgt. Bent u inmiddels niet meer in dienst van KLM en geen deelnemer meer in het pensioenfonds, dan is er geen nabestaandenpensioen meer als u overlijdt. Er was immers geen potje opgebouwd. Er valt dus niets mee te nemen.
6. Waarom ontvang ik zulke uitgebreide informatie?
Het pensioenfonds vindt het belangrijk dat u goed geïnformeerd bent over de omzetting en wat dit betekent. Op basis van de informatie kunt u ervoor kiezen om niet mee te doen aan de omzetting.
7. Wat wordt er nu precies omgezet?
De waarde van het opgebouwde nabestaandenpensioen tot 1 januari 2015 wordt omgezet in extra ouderdomspensioen conform de huidige uitruilfactoren. Vanaf 1 januari 2015 bouwt u al geen nabestaandenpensioen meer op. Vanaf dat moment is er voor iedereen een nabestaandenpensioen op risicobasis verzekerd. Hierbij was geen sprake van een keuzemogelijkheid.
8. Wat houdt de keuze precies in? Wat zijn de voordelen en de nadelen?
Het kan voorkomen dat u in de toekomst te maken krijgt met een scheiding. Mocht dat zo zijn dan is het prettig als u op dat moment zoveel mogelijk zelf in de hand hebt hoe uw pensioen wordt verdeeld. Door de omzetting gaat er minder pensioen naar uw ex-partner.
Kiest u voor de omzetting maar scheidt u niet? Dan kunt u op pensioendatum ervoor kiezen een deel van uw ouderdomspensioen weer om te zetten in nabestaandenpensioen. Uw partner ontvangt dan een nabestaandenpensioen als u komt te overlijden na pensionering. Deze uitruil vindt plaats tegen de op dat moment geldende factoren. Deze kunnen hoger, maar ook lager zijn dan de factoren waartegen de omzetting nu plaatsvindt. Met andere woorden: op moment van pensioneren kunt u meer of minder nabestaandenpensioen ontvangen dan voor de omzetting.
Bij tussentijds ontslag komt u niet hetzelfde uit. Als u bij ontslag kiest voor terugruilen naar een opgebouwd nabestaandenpensioen, dan kan dit nabestaandenpensioen afhankelijk van uw leeftijd lager uitkomen dan het nu is.
9. Verandert de hoogte van het nabestaandenpensioen voor mijn partner?
Uw partner heeft na de omzetting recht op eenzelfde uitkering bij uw overlijden tijdens uw deelnemerschap als daarvoor. Het bedrag aan nabestaandenpensioen tot 1 januari 2015 dat wordt omgezet in extra ouderdomspensioen, wordt namelijk op risicobasis verzekerd. U krijgt dus extra ouderdomspensioen én een nabestaandenpensioen op risicobasis over uw volledige diensttijd.
Als u gaat scheiden en er is sprake van een opgebouwd nabestaandenpensioen dan:
- heeft uw ex-partner recht op de helft van het opgebouwde ouderdomspensioen tijdens het huwelijk.
- heeft uw ex-partner recht op het nabestaandenpensioen dat u hebt opgebouwd tot aan de scheiding.
- een eventuele nieuwe partner heeft alleen recht op het nabestaandenpensioen dat vanaf de scheidingsdatum is opgebouwd.
Als u gaat scheiden en er is sprake van een nabestaandenpensioen op risicobasis dan:
- heeft uw ex-partner recht op de helft van het (hogere) opgebouwde ouderdomspensioen tijdens het huwelijk.
- is er voor de ex-partner geen recht op een nabestaandenpensioen.
- is een eventuele nieuwe partner voor het volledige nabestaandenpensioen verzekerd.
11. Ik ben gescheiden. Wat betekent de omzetting voor mijn situatie?
Als u gescheiden bent, heeft uw ex-partner recht op een bijzonder nabestaandenpensioen. Dit bijzonder nabestaandenpensioen wordt niet omgezet bij deze collectieve omzetting.
12. Hoe zit dat met uitruilfactoren voor het omzetten van ouderdomspensioen in nabestaandenpensioen?
Uitruilfactoren worden onder andere gebruikt om het pensioen te berekenen op het moment dat u besluit ouderdomspensioen uit te ruilen voor nabestaandenpensioen. Deze factoren veranderen over het algemeen genomen één keer in de twee jaar. Dit gebeurt bij het verschijnen van nieuwe overlevingstafels van het Actuarieel Genootschap. De laatste aanpassing van deze factoren is per 1-1-2016. Het effect van de nieuwe factoren is voor 2016 gering.
13. Wat is de kans dat de uitruilfactoren veranderen?
Dit is globaal afhankelijk van drie factoren: het bestuursbeleid, de rente en het verschil in verwachte levensverwachting tussen mannen en vrouwen zoals dat nu is en op uw pensioendatum. Het bestuur heeft als beleid de uitruilfactoren alleen om te zetten als er significante afwijkingen zijn. Het bestuur streeft dus naar stabiliteit. Als de rente hoger wordt zal men meer nabestaandenpensioen ontvangen voor iedere ingeruilde euro ouderdomspensioen. Als het leeftijdsverschil tussen mannen groter wordt (vrouwen ouder) dan zal men minder nabestaandenpensioen ontvangen voor iedere ingeruilde euro ouderdomspensioen.
HET NABESTAANDENPENSIOEN OP RISICOBASIS
14. Hoe lang loopt de uitkering van de risicoverzekering bij mijn overlijden (voor pensioendatum)?
Het nabestaandenpensioen op risicobasis geeft een levenslange pensioenuitkering in het geval van overlijden. Dit geldt voor uw nabestaandenpensioen vanaf 1 januari 2015 en voor het omgezette nabestaandenpensioen van vóór 1 januari 2015.
Een opgebouwd nabestaandenpensioen is duurder dan een premie voor een nabestaandenpensioen op risicobasis. Als er geen sprake is van een opgebouwd nabestaandenpensioen ontstaat er extra fiscale ruimte in de pensioenregeling. Hierdoor kan er meer ouderdomspensioen worden opgebouwd.
Het nabestaandenpensioen op risicobasis eindigt op het moment dat u met pensioen gaat. Als u met pensioen gaat kunt u ervoor kiezen of en hoeveel nabestaandenpensioen u voor uw partner wilt regelen. Er zijn verschillende opties mogelijk. Besluit u ouderdomspensioen uit te ruilen voor nabestaandenpensioen dan gebeurt dat tegen de op dat moment geldende factoren. Dit kan betekenen dat u meer of minder nabestaandenpensioen kunt krijgen dan voor de omzetting.
De collectieve waardeoverdracht is op 28 oktober 2015 aan DNB gemeld. DNB heeft drie maanden om bezwaar te maken tegen de omzetting (deadline is dus 28 januari 2016). Tot op heden is er nog niets vernomen. Het pensioenfonds neemt de regeling wel al in uitvoering.
18. Welke voorzieningen kan ik zelf treffen voor mijn nabestaanden?
U kunt met een financieel adviseur nagaan of de nabestaandendekking van het pensioenfonds voor uw partner voldoende voor u is. Dit hangt af van uw persoonlijke situatie. U kunt uw Uniform Pensioenoverzicht 2015 raadplegen voor uw persoonlijke pensioensituatie.
De voorbeeldberekening is bedoeld om aan te geven dat het nabestaandenpensioen voor de huidige partner niet veranderd. Wij maken nu geen berekening voor de omzetting.
20. Ik wil niet meedoen aan de omzetting. Hoe laat ik dat weten?
U kunt dit via een ondertekende brief aan het pensioenfonds kenbaar maken. Hierin kunt u aangeven dat u het opgebouwde nabestaandenpensioen niet wilt omzetten in een hoger ouderdomspensioen. Deze brief moet vóór 30 december 2015 bij het pensioenfonds binnen zijn.
21. Moet mijn partner de brief mee ondertekenen?
Nee, als u niet mee wilt doen aan de omzetting hoeft uw partner uw afmeldingsbrief niet mee te ondertekenen.
Voor omzetting (nabestaandenpensioen is 70% van het ouderdomspensioen):
Opgebouwd ouderdomspensioen
€ 44.000
Opgebouwd nabestaandenpensioen (over de diensttijd tot 1 januari 2015)
€ 30.000
Na omzetting
Opgebouwd ouderdomspensioen (inclusief extra ouderdomspensioen uit omzetting)
€ 47.600
Nabestaandenpensioen (op risicobasis)
€ 30.000
Pensioenbedragen op leeftijd 56 jaar na terugruil
Opgebouwd ouderdomspensioen
€ 44.000
Opgebouwd nabestaandenpensioen
€ 30.000
In dit voorbeeld is het nabestaandenpensioen na terugruil weer 70% van het ouderdomspensioen. U hebt dan weer de bedragen van vóór de omzetting. Uiteraard kunt u op uw pensioendatum ook kiezen voor een andere uitruilverhouding. Bijvoorbeeld 00:100, 100:70 of 100:50.
Om dit rekenvoorbeeld inzichtelijk te houden hebben wij geen rekening gehouden met het ouderdomspensioen dat vanaf 1 januari 2015 wordt opgebouwd. Ook is er vanuit gegaan dat de uitruilfactoren niet wijzigen. Wijzigen de uitruilfactoren wél, dan zijn de pensioenbedragen na terugruil op leeftijd 56 hoger of lager dan vóór de omzetting.
Door de invoering van de nieuwe pensioenleeftijd van 58 jaar, wordt uw ouderdomspensioen op leeftijd 56 jaar omgezet in een hoger ouderdomspensioen op leeftijd 58 jaar. Op leeftijd 58 jaar kan dan dezelfde terugruil plaatsvinden als vermeld bij de vorige vraag. Na terugruil op leeftijd 58 jaar gelden dan de volgende bedragen:
Opgebouwd ouderdomspensioen
€ 48.000
Opgebouwd nabestaandenpensioen (70% van het ouderdomspensioen)
€ 33.000