Pensioen moet worden genoten in een leefbare wereld
Hier willen we graag een bijdrage aan leveren. Wij werken toe naar een geïntegreerd maatschappelijk verantwoord beleggen beleid met het doel dat in 2024 minstens een derde van onze beleggingsportefeuille bestaat uit beleggingen met duurzame kenmerken. Ook willen we eind 2024 minimaal één impact belegging in de luchtvaartsector gerealiseerd hebben en over boekjaar 2023 ons eerste duurzaamheidsjaarverslag uitbrengen.
Wij willen fatsoenlijk zakendoen!
Als pensioenfonds voelen we ons verantwoordelijk om bij te dragen aan de transitie naar een duurzamere wereld. We maken daarom weloverwogen beleggingskeuzes die passen bij onze identiteit en overtuigingen en waar wij oprecht achter kunnen staan. Wij vinden dat rekening houden met duurzaamheid beleggingsrisico’s beperkt. Bij de keuze tussen grijs en groen kiezen wij daarom voor groen.
Wij zijn ons maatschappelijk verantwoord beleggen beleid aan het herijken
In ons maatschappelijk verantwoord beleggen beleid is vastgelegd hoe we bij de uitvoering van ons beleggingsbeleid rekening houden met milieu (environmental), sociale (social) en governance-overwegingen. Momenteel werken we aan de herijking van ons maatschappelijk verantwoord beleggen beleid waarbij we de volgende doelstellingen nastreven in 2024:
- een verduurzaming van minstens een derde van de beleggingsportefeuille te hebben
- minimaal één impact belegging in de luchtvaartsector te hebben
- ons eerste maatschappelijk verantwoord beleggen jaarverslag uit te brengen
- Van een grijs naar een groen pensioenproduct
Veelgestelde vragen
- UN Global Compact
- Principles for Responsible Investment (PRI)
- International Corporate Governance Network (ICGN) Global Stewardship principles
- ICGN Global Governance Principles
- UN Guiding Principles on Business and Human Rights
- OESO-richtlijnen
- Lokale best-practices richtlijnen en codes zoals de Nederlandse Stewardship Code
- Impact op UN Sustainable Development Goals (SDG’s) wordt meegewogen waar mogelijk
Wij nemen deel aan de volgende samenwerkingsverbanden:
- UNPRI
Tot en met eind 2022 namen we ook deel aan de IMVB-convenant. Het vervolg op het convenant is een platform voor maatschappelijke dialoog tussen pensioenfondsen voor advies, kennisuitwisseling en samenwerking.
Lees hier meer over de UNPRI & IMVB.
We integreren environmental, social en governance factoren (ESG) in ons beleggingsbeleid zolang dit het behalen van de lange-termijn doelstelling niet schaadt. Zo kunnen beleggingsrisico’s beter en sneller worden onderkend en waar mogelijk verminderd of vermeden. Ook is het fonds dan goed gepositioneerd om nieuwe kansen te kunnen omzetten in beleggingsresultaten.
Het pensioenfonds houdt bij het nemen van beleggingsbeslissingen vooraf voor zover mogelijk rekening met de ongunstige effecten op de leefbaarheid van onze planeet en samenleving. Bijvoorbeeld als het gaat om het effect op milieu, ongelijkheid tussen mensen en de toegang tot schoon water.
Het pensioenfonds neemt voor het overige de ongunstige effecten van beleggingsbeslissingen op duurzaamheidsfactoren niet in aanmerking en houdt geen rekening met de EU-criteria voor ecologisch duurzame economische activiteiten.
Dit aangezien deze ongunstige effecten op dit moment nog niet volledig cijfermatig onderbouwd kunnen worden. Dat komt omdat er, naar het oordeel van het pensioenfonds, nu nog onvoldoende gegevens beschikbaar zijn om de mogelijk ongunstige effecten goed te kunnen meten. Zodra er zicht is op de beschikbaarheid van betrouwbare gegevens en onderzoeken zal bekeken worden of de mogelijk negatieve effecten van beleggingen op duurzaamheidsfactoren, waaronder ook de leefbaarheid van onze planeet en samenleving wordt verstaan, beter berekend en vervolgens ook verder beperkt kunnen worden.
Het pensioenfonds voert een beheerst beloningsbeleid dat voldoet aan de code pensioenfondsen. Het beloningsbeleid voor bestuurders bevat geen variabele component die gekoppeld is aan financiële prestaties. Het nemen van duurzaamheidsrisico's wordt daardoor niet gestimuleerd. Het beloningsbeleid staat het meewegen van duurzaamheidsrisco’s bij het nemen van beleggingsbeslissingen niet in de weg. Het beloningsbeleid staat beschreven in het jaarverslag.
Wapens worden als controversieel gezien, als deze:
- onevenredig veel leed en slachtoffers veroorzaken
- geen onderscheid maken tussen burger- en militaire doelen
- na afloop van een conflict slachtoffers kunnen veroorzaken
De drie belangrijkste soorten controversiële wapens zijn nucleaire wapens, biologische en chemische wapens.
Er zijn meerdere belangrijke internationale verdragen tegen massavernietigingswapens zoals nucleaire wapens, biologische en chemische wapens.
Het Non-proliferatieverdrag (NPV) is daar één van. Het NPV moet de verspreiding en het bezit van kernwapens beperken en is daarnaast gericht op ontwapening en het recht op vreedzaam gebruik van kernenergie. Het verdrag beperkt het bezit van kernwapens tot 5 landen: de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Rusland en China. 190 landen, waaronder Nederland, hebben het verdrag ondertekend.
Wij zijn tegen de productie of distributie van controversiële wapens en sluiten daarom ondernemingen uit die hierbij betrokken zijn. Tegelijkertijd achten we het risico van inzet van nucleaire wapens door de landen die het Non-proliferatieverdrag hebben getekend zo klein dat wij investeringen in bedrijven die in die landen gevestigd zijn acceptabel vinden. Daarom maken wij voor producenten van kernwapens die in Non-proliferatielanden gevestigd zijn een uitzondering.